Holland Houtland is een bedrijf dat de transitie naar biobased grondstoffen in de bouw aanjaagt. De organisatie maakt biobased bouwen zichtbaar en verbindt vraag en aanbod. Dat doen ze bijvoorbeeld door woningcorporaties, gemeentes, provincies en anderen te ondersteunen bij inkoop en aanbesteding van bouwprojecten. Chantal van Schaik is samen met haar compagnon Sandra Nap directeur van Holland Houtland. Hoe ziet zij de actuele ontwikkelingen op het gebied van biobased bouwen?
We zien veel veranderingen in de bouw. Waar houtbouw eerder iets was voor de happy few, die onder architectuur een woning konden laten bouwen in hout, wordt er nu meer gezocht naar biobased woningen die bereikbaar zijn voor iedereen. Biobased bouw is ontdekt als oplossing voor het woningtekort: er kan snel gebouwd worden en bovendien binnen de stikstofgrenzen en het CO2-budget. Duurzame en gezonde woningen. Daarnaast worden conventionele materialen duurder door de stijgende energieprijzen en CO2-heffing. Dus dat helpt ook.
Wij vinden het essentieel dat het CO2-budget als uitgangspunt wordt genomen. En dat betekent dat we allereerst níet moeten bouwen. Niet bouwen kost immers geen CO2. In plaats daarvan kun je woningen toevoegen door het splitsen van huizen, doorstroom organiseren en herverdelen. Ook kun je gebouwen transformeren, waardoor ze worden hergebruikt. En als er dan materialen moeten worden toegevoegd, laat die dan biobased zijn. En volgens de circulaire ontwerpprincipes, zodat de materialen over 80 of 100 jaar nog een waarde hebben en niet verbrand worden.
Optoppen, aanplakken en transformeren
Dat transformeren van gebouwen is, zeker met biobased materialen, dus een goede manier om op duurzame wijze woonruimte te creëren. Wij zijn dan ook sinds twee jaar bezig met het onder de aandacht brengen van biobased optoppen, aanplakken en transformeren. Bij veel jaren 60, 70 en 80 portiekflats is nog voldoende ruimte voor een aantal woonunits aan de zijkant. Bijvoorbeeld in een stukje plantsoen wat daar ligt. Of kunnen er woningen op het gebouw worden geplaatst. Deze ingrepen kunnen tegelijk met de verduurzaming van de hele flat. De huur of verkoopopbrengsten van de opgetopte woningen betalen dan voor de verduurzaming. Een mooi voorbeeld van hoe biobased optoppen eruit kan zien is het project van Symbiotic Urban Movement, SUM, van de TU Delft die actief bezig zijn met kennisverspreiding op het gebied van biobased top-ups, renovatie en duurzaamheid. Zij hebben voor de Solar Decathlon competitie een renovatie- en verdichtingsstrategie ontwikkeld voor 847.000 portiekflats uit de jaren 50.
Daag de creativiteit van de markt uit en benut de kennis die leveranciers hebben
Doorbraak creëren
Dit is een ontwikkeling in biobased bouwen die wij graag verder helpen. Zo ontwikkelen we bijvoorbeeld samen met zes teams van stedenbouwkundigen, data experts, bouwers, architecten en juristen in Zuid-Holland optopconcepten die vastgoedeigenaren ontzorgen. En we gaan aan de slag met vastgoedeigenaren en gemeentes om randvoorwaarden zo in te richten dat optoppen op grotere schaal mogelijk wordt. Bijvoorbeeld door met experimenteerruimte, lokaties, processen en vergunningverlening de doorbraak te creëren die nodig is.
Daag de creativiteit van de markt uit
Een tip die ik wil meegeven is: Ga anders om met aanbestedingen. Stop met het opstellen van de eerder genoemde Programma’s van Eisen. Focus liever op samenwerkingen met de leveranciers, bijvoorbeeld via Design, Build en Maintainproces waarbij je kunt sturen op duurzaamheid, levenscycluskosten en onderhoud en de creativiteit en de kennis van de markt kunt benutten om gebruikers optimaal te bedienen. Daag de creativiteit van de markt uit en benut de kennis die leveranciers hebben om de toekomstige gebruikers optimaal te bedienen met gezonde, energiezuinige en prettige woningen. Een voorbeeld van hoe dat op een positieve manier kan uitpakken lees je in het interview met Rosa Bos van Ballast Nedam