De Gemeente Venlo is al enige jaren bezig met innovatie en duurzaamheid, en ontwikkelt nu een cradle to cradle woonwijk: Vendervaart. Bas van de Westerlo, Business Unit Manager Sustainable Circularity bij Volantis, deelt graag de kennis en ervaring die in Venlo is opgedaan met dit circulaire en biobased project.
Wat zijn de ambities in Venlo op het gebied van biobased bouwen?
“Al zeker een jaar of zes geleden besloot de gemeente Venlo dat er geen nieuwe woningen gebouwd mochten worden, tenzij ze innovatief en duurzaam waren. Venlo stond toen al te boek als cradle to cradle (C2C) koploper. Zo is het stadskantoor van de gemeente ontworpen en gebouwd volgens het C2C principe. Toen ook Verdervaart, een project voor 50 woningen, circulair en biobased moest gaan worden, wilde de ontwikkelaar Bouwbedrijven Jongen er een cradle to cradle woonwijk van maken. Het is de samenwerking die dit project uniek maakt.
We hebben als gemeente samen met de ontwikkelaar een beoordelingsmatrix opgesteld waaraan moest worden voldaan om te kunnen gaan bouwen. De matrix helpt ons met het bepalen wanneer we iets duurzaam en innovatief vinden. Daarin zijn vijf thema’s opgenomen: materialen, energie, water, aanpasbaarheid woningen en gezondheid. Er moeten bijvoorbeeld tenminste tien C2C-gecertificeerde materialen zijn toegepast, of materialen die op basis van beschikbare informatie zouden zijn gecertificeerd. We willen zeer energiezuinige nieuwbouwwoningen die verder gaan dan energieneutraal. De woningen worden voor hemelwaterafvoer niet aangesloten op het riool, maar op een helofytenveld: een duurzame en natuurlijke wijze van waterzuivering. Daarnaast zijn de woningen demontabel en aanpasbaar en moeten een gezond en veilig binnenklimaat hebben.”
Waar lopen jullie tegenaan en wat gaat al goed?
“Waar we vooral tegenaan liepen, en nog steeds, is de vraag hoe we dit gaan concretiseren. We hebben de thema’s kunnen borgen in de anterieure overeenkomst, maar hoe gaan we concrete afspraken hierover maken? En hoe bepaal je het moment om te evalueren? Hoe zorgen we ervoor dat het uitvoerbaar is?
Dus om te komen tot de beoordelingsmatrix, moesten we zorgen dat wij als gemeente en de ontwikkelaar dezelfde taal spreken. Ook moesten we bepalen hoe we de vijf thema’s die in de overeenkomst staan kwantificeren en kwalificeren. We hebben ze afgepeld en met elkaar besproken hoe en wanneer we meten. Tegelijkertijd zijn we de hele tijd in ontwikkeling. Bij de uitvoering is er bijvoorbeeld een zesde thema bijgekomen: hergebruik van het materiaal.
Wat dus goed gaat, is dat we telkens weer open het gesprek in gaan. Waarbij we de vraag blijven stellen: hoe maken we de juiste keuzes? Bijvoorbeeld voor materialen van de leverancier, of de constructiemethodiek van gebouwen. We hebben de markt uitgevraagd, betrokken en bevraagd en open ontwerpsessies gehouden.
Wat nog lastig blijkt, is het opvangen en hergebruiken van regen ofwel hemelwater. Het bleek toch niet haalbaar om voor de eerste fase een openbaar gebied te creëren waar water wordt opgevangen en gezuiverd. Maar tegelijkertijd is het belangrijk dat we voorzieningen treffen die in een volgende fase wel gebruikt kunnen worden. Wie gaat dat risico nemen?
We konden veel borgen met de anterieure overeenkomst. We gaan nu bekijken hoe we het verder beleidsmatig kunnen opschalen beleidsmatig. We willen dat dit het nieuwe normaal wordt.”
“Met Vendervaart laten we zien dat je binnen de huidige context al prachtige circulaire en biobased projecten kunt ontwikkelen”
Wat is nodig om door te kunnen?
“We moeten ons voorbereiden op de Omgevingswet. Het instrumentarium om biobased bouwen op grotere schaal mogelijk te maken of af te dwingen is er nog onvoldoende. Maar het is wel nodig om afspraken te maken. Gedeeltelijk kan dan met de Crisis en Herstel Wet of de Eco-depot regeling bij gronduitgifte.
In een ander gebied is er bijvoorbeeld een Eco-depot toegepast. Bewoners moesten extra betalen voor grond (x +1). Als bij vergunningsaanvraag kon worden aangetoond dat werd voldaan aan duurzame maatregelen kregen bewoners de +1 terug. Wat bleek? Van de eerste 31 woningen zijn 29 bewoners circulair gaan bouwen: zij wilden dat heel graag.
Voor het instrumentarium is dus nog wel veel aandacht nodig. Tegelijkertijd laten we met Vendervaart ook zien dat je binnen de huidige context al prachtige circulaire en biobased projecten kunt ontwikkelen. Het kán dus. En ik zou andere gemeenten en ontwikkelaars dan ook willen aansporen om gewoon aan de slag te gaan. Beginnen is belangrijker dan het perfect doen.”