Nederland staat voor de grote opgave om in de komende jaren het hoge woningtekort in te lopen. Tegelijkertijd zijn er grote duurzaamheidsopgaven, waaronder het reduceren van de CO₂-uitstoot, de transitie naar een circulaire economie en het terugdringen van stikstofemissies. Met alleen de ‘klassieke’ manier van bouwen gaat het niet lukken om deze uitdagingen te combineren.
Meer industriële productie van conceptmatige woningen maakt het mogelijk om de woningbouw zowel betaalbaar als duurzaam manier te versnellen. Dit vraagt echter wel om een andere benadering van gebiedsontwikkeling en woningbouw door zowel Rijk, gemeenten, woningcorporaties als ontwikkelaars.
Schaalsprong nodig van conceptueel bouwen en industriële productie
Standaardisatie en herhaalbare oplossingen zijn de basis van conceptueel bouwen. Conceptueel bouwen vormt vervolgens de basis voor industriële productie, waarbij veel woningbouwconcepten op dit moment al geheel of gedeeltelijk industrieel worden geproduceerd. Een verdere opschaling van conceptueel aanbod en industriële productie is nodig om de kwantitatieve en kwalitatieve woningbouwopgave in te kunnen vullen. In de afgelopen jaren zijn gemiddeld rond de 70.000 woningen per jaar opgeleverd, waarbij industriële productie een belangrijke manier is om door te groeien naar 90.000 tot 100.000 woningen per jaar.
Het bewerkstelligen van een schaalsprong vraagt wel inzet en actie van alle partijen. Daarbij is de bereidheid tot samenwerken gelukkig groot. Met de publicatie van de Actieagenda Wonen doen ruim 30 koepels, waaronder Aedes, de Woonbond, de G40, het IPO en NEPROM, een oproep om alles in het werk te stellen om in tien jaar tijd één miljoen woningen te bouwen. Zij vragen daarin onder meer om bouwlocaties, een heldere verdeling van taken, versnelling van procedures én om industrialisatie van de woningbouw. Daarnaast is in december 2020 de City Deal Circulair en Conceptueel Bouwen ondertekend. In samenwerking met 100+ partners wordt ingezet op de opschaling van biobased bouwen en industrieel conceptueel bouwen, met nieuwe financierings- en waarderingsmodellen.
Dit programma formuleert de stappen die we als overheden, opdrachtgevers en bouwsector gezamenlijk kunnen zetten naar het betaalbaar en duurzaam versnellen van de woningproductie. Hoofdstuk 2 omschrijft de behoefte aan een ‘nieuwe taal’. Hoofdstuk 3 vat de kern van de opgave samen. Vervolgens geeft hoofdstuk 4 aan wat de huidige stand van zaken is, waarna hoofdstuk 5 omschrijft welke veranderingen nodig zijn. Tenslotte geeft hoofdstuk 6 aan welke acties nodig zijn om deze versnelling te realiseren.